Bewering onder de loepe:

Doc M2/04/17

Onze conclusie

NIET WAAR

Belgen consumeren normale, waarschijnlijk zelfs nog te kleine, hoeveelheden voedingssupplementen met vitaminen en mineralen.

In vergelijking met sommige andere landen gebruikt de Belg er zelfs relatief weinig.

Voedingssupplementen die legaal op de markt zijn in België zijn per definitie absoluut veilig. 

De Voedselconsumptie-enquête van 2016 heeft ondermeer aangetoond dat 38% van de bevolking tijdens het voorbije jaar een voedingssupplement gebruikt heeft, en dat 18% van de bevolking tijdens de enquête een supplement aan het nemen was.Dit werd door enkele personen als zeer hoog, zoniet ‘te hoog’ bestempeld. De experten verwezen hierbij naar de mogelijks te hoge innamen van vitaminen en mineralen. Be-sup merkt hierbij op dat er voor deze negatieve beoordeling geen enkele logische of wetenschappelijke grond bestaat. Meerbepaald kunnen we stellen:

  • In andere landen zijn de consumpties vergelijkbaar, zoniet hoger.  In de Verenigde Staten gebruiken 52% van de volwassenen een voedingssupplement op het moment van de enquête. In Denemarken was deze waarde 64%.
  • De uitgaven aan supplementen per capita in België liggen tussen de 30 en 35 EUR per jaar.  Dit komt neer op 1 à 2 producten per jaar.  Deze waarden kunnen dus bezwaarlijk als ‘overdreven’ bestempeld worden. Een overzicht van de geschatte consumptie in Europa vindt u in de tabel hieronder.
  Consumptie (Mio€) Inwoners (Mio) Consumptie €/inwoner
Finland 352 5.5 64.0
Norway 318 5.2 61.2
Italy 2666 61.0 43.7
Belgium 383 11.3 33.9
Sweden 319 9.9 32.2
Switzerland 237 8.3 28.6
Denmark 161 5.7 28.2
Austria 216 8.6 25.1
Germany 1753 81.5 21.5
UK 1298 65.1 19.9
Netherlands 324 17.0 19.1
France 1183 66.5 17.8

TABEL 1.  Geschatte consumptie van voedingssupplementen in enkele Europese landen (be-sup interne data).

  • De markt voor Supplementen via apotheek is in België geschat op 380 Mio EUR. Dit zijn echter niet enkel vitaminen en mineralen, welke slechts 29% hiervan uitmaken.  Deze consumptie is dus zeker niet als abnormaal te beschouwen.
  • Van de totale verkoop van voedingssupplementen in apotheek (geschat op 75% van de totale verkoop) gebeurt 18% op voorschrift. Dus 1 supplement op 5 is door een arts voorgeschreven. We kunnen veronderstellen dat de patiënt voor het volgende doosje geen voorschrift meer zal halen. We kunnen dus besluiten dat een zeer groot gedeelte van de in België gebruikte supplementen resulteren uit een door de arts voorgeschreven behandeling.
  • Bovendien zijn er nog belangrijke deficiënties in de Belgische bevolking (zie Doc D1). Het rapport van de HGR2016 geeft deze duidelijk aan : hoge kans op tekorten voor de zeer grote groepen van de bevolking wat betreft calcium, magnesium, ijzer, zink, vitaminen A, D, C, B9. En dan hebben we het nog niet over de specifieke tekorten in kleinere groepen, zoals ouderen en mensen op medicatie. Het is dus volgens  be-sup onverantwoord om de bevolking bang te maken om supplementen te gebruiken (zie Doc. D3).
  • Men mag het belang van suppletie bij deficiënte patiënten niet onderschatten. Hier is het ook belangrijk dat de persoon in kwestie de voorgeschreven suppletie gaat aankopen, en ze elke dag neemt.  Het is daarom dan ook medisch onverantwoord dat men voedingssupplementen in een slecht daglicht stelt als ‘onveilig’, ‘toxisch’of ‘overbodig’  tegenover de bevolking.
  • Suppletie en verrijking van levensmiddelen met vitamine D en calcium kunnen jaarlijks 200.000 botbreuken voorkomen, wat neerkomt op een besparing van bijna €4 miljard. Voor elke euro die wordt uitgegeven aan voedingssupplementen en verrijkte levensmiddelen, wordt er €3,47 bespaard. Voedingstoffen zoals vitamine D en calcium zijn dus niet alleen essentieel voor het lichaam, maar ook voor kostenbesparing in de gezondheidszorg (Frost & Sullivan Report, 2017).