Bewering onder de loepe:

Doc M3/04/17

Afbeelding verwijderd.

Onze conclusie

EEN ONAANVAARDBARE BESCHULDIGING

Wij zijn eerlijke en verantwoordelijke ondernemers.

Het belang van de consument primeert.

  • NAREDI vraagt respect voor zijn leden die een eerlijke business uitbouwen met respect voor alle geldende regels en wetgevingen. De regelgeving rond voedingssupplementen is trouwens zeer strikt, ondermeer wat betreft: samenstelling, dosering, etikettering, veiligheid en wat je over het product mag beweren (zie Doc R1).

Hieronder volgt een lijstje van enkele uit de media genoteerde titels :

  • “De pharmaceutische industrie duwt de Belg voedingssupplementen de keel in” klopt niet, om verschillende redenen, waaronder: de meeste leden van be-sup  hebben geen activiteiten met pharmaceutische producten. Bovendien is de Belgische consumptie van voedingssupplementen als ‘normaal’ te beschouwen (zie Doc M2).
  •  “Voedingssupplementen worden gemaakt als snoepjes om meer te verkopen”.  Dit is een misleidende verklaring, die de indruk geeft dat de veiligheid van de consument verwaarloosd wordt. De grootste reden om voedingssupplementen op een aangename manier te brengen is om de gebruiksfrequentie te vergroten.  Voor geneesmiddelen heet dat de ‘therapietrouw’. Deze is zeer laag in België : studies hebben uitgewezen dat de therapietrouw voor geneesmiddelen 75% is voor korte-termijn behandelingen en slechts 50% voor lange-termijn behandelingen (Antwoord van de Vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van 04 juni 2009, op de vraag nr. 370 van mevrouw de volksvertegenwoordiger Yolande Avontroodt van 13 mei 2009). We kunnen veronderstellen dat dit voor voedingssupplementen nog lager ligt. Meer bepaald bij kinderen en ouderen is het vaak moeilijk om deze een dagelijkse capsule of tablet te doen slikken.  Het is daarom zeer belangrijk om het ‘gebruiksgemak’ zo groot mogelijk te maken, bijvoorbeeld door de producten in een handige meeneem-verpakking te brengen. 
  • “voedingssupplementen bevatten doping voor sporters”: dit is een uiterst misleidende extrapolatie van geruchten uit de pers. Dit argument wordt soms ook ten onrechte gebruikt door sporters die betrapt zijn tijdens een dopingcontrole. In de praktijk worden voedingssupplementen voor sporters zeer grondig getest op aanwezigheid van niet-toegelaten componenten.  Hiervoor bestaan specifieke controle-organismen die een labels toekennen aan dergelijke producten die aan alle eisen voldoen.
  • “de voedingssupplementen-industrie jaagt de consument schrik aan voor ziektes”: wie dit beweert, koppelt alles wat je op het internet kan lezen aan de producenten van voedingssupplementen.  Dat is uiteraard onzin. Be-sup wijst erop dat het in de etikettering en de presentatie van en in de reclame voor voedingssupplementen verboden is om:
    • Aan het product eigenschappen ter voorkoming, ter behandeling of ter genezing van ziekten en toespelingen op dergelijke eigenschappen toe te schrijven;
    • Te beweren of te suggereren dat een evenwichtige en gevarieerde voeding in het algemeen geen passende hoeveelheden aan nutriënten kan bieden.

(KB 12/2/2009 art. 5).

  • “De industrie wil de malbouffe compenseren met supplementen”: dit is onzin. De leden van be-sup beseffen als geen ander dat je een slechte levensstijl niet kan compenseren met een pilletje.  Onze ondernemingen hebben bovendien geen enkel belang bij het stimuleren van het eten van onevenwichtige voedingsmiddelen of diëten.  Met multivitaminen kan je nooit een onevenwichtige voeding evenwichtig maken.
  • Verder wijzen we erop dat elk voedingssupplement op het label een verplichte vermelding bevat met als inhoud “voedingssupplementen mogen niet als vervanging voor een gevarieerde voeding worden gebruikt” (KB 12/2/2009 art. 4).
  • Hierbij vermelden we ook dat uit controles van het FAVV in 2016 gebleken is dat zowel de voedingssupplementen als de producenten ervan voldoen aan de hoogste kwaliteitseisen. Inderdaad, 99% van de door het FAVV gecontroleerde voedingssupplementen beantwoordden nauwgezet aan de kwaliteits- en hygiëne eisen opgelegd door het Agentschap (98,4% in 2015). Op een totaal van 953 scheikundige analyses werden er 943 conform bevonden aan de gestelde eisen. Betreffende de door het FAVV gecontroleerde operatoren, hebben 94% een positieve beoordeling gekregen, namelijk 124 inspecties op een totaal van 132 inspecties (87% in 2015).